Eieren van ringslangen tellen

Gepubliceerd in jaargang 79, nummer 1 van Lacerta
J. ter Borg

Eieren van ringslangen tellen

ringsl-ei-05
Tekstfragment

Op 17 oktober 2020, toevallig mijn verjaardag, was ik uitgenodigd door medereptielenliefhebber Ruud Wolterman, om hem te helpen met het meten van het voortplantingssucces van de populatie Gevlekte ringslangen (Natrix helvetica) in de regio Amsterdam. Ruud is coördinator voor het gebied vlak bij zijn huis, dat bekend staat als Bijlmerweide. In dat gebied liggen drie broeihopen, welke elk jaar in het voorjaar nieuw worden opgeworpen, en waarbij in het najaar elke hoop wordt onderzocht op de hoeveelheid uitgekomen en niet uitgekomen eieren. In de regio Amsterdam zijn dat er samen natuurlijk veel meer. De broeihopen zijn in Nederland van vitaal belang voor de succesvolle voortplanting van de Gevlekte ringslang.

Vrijwilligers

Het hele project is afhankelijk van vrijwilligers. In het voorjaar worden de broeihopen opgebouwd met een mengsel van 1/3 bladafval, 1/3 paardenmest met stro en 1/3 haksel. Er steken zo’n vier dikke takken door de hoop en de hoogte moet ongeveer 1,50 meter zijn.
In het najaar worden de hopen weer afgebroken, waarbij het aantal eieren wordt geteld, zowel de uitgekomen als de niet uitgekomen. Deze cijfers worden regionaal en nationaal verzameld. Voor al deze handelingen zijn natuurlijk voldoende vrijwilligers nodig, die vaak wel worden gevonden, hoewel 2020 natuurlijk een uitzonderlijk jaar was.
Ondanks de corona-crisis waren er voor het gebied Bijlmerweide voldoende vrijwilligers op komen dagen om de eieren te tellen, namelijk twaalf. Dus dat waren keurig volgens de corona-regels kleine groepjes van vier personen per broeihoop.

Resultaten

Wij vonden in de drie hopen totaal 638 eieren, waarvan twee niet uitgekomen. De resultaten waren iets teleurstellend, in 2019 waren het 776 eieren en in 2018 zelfs 996 (allemaal uitgekomen).
Overigens was dit een trend in de regio, vrijwel overal werd een duidelijke afname gezien, soms zelfs dramatisch. In de regio Groot Amsterdam werden in 2019 nog 7294 eieren gevonden, waarvan 305 niet uitgekomen, in 2020 was dit teruggelopen tot 4750, waarvan 156 niet uitgekomen.
Het is niet altijd even duidelijk waaraan dat ligt. Soms kan het te maken hebben gehad met aanleg van wegen, soms toename van aantal en/of hoogte van bomen. Maar laten we niet vergeten dat we enkele warme en droge jaren achter de rug hebben. Kortom, het laatste woord hierover is nog niet gezegd.

Tenslotte

Het was heel leuk om deel te nemen aan dit project, en ik zal zeker proberen bij de volgende werkzaamheden ook aanwezig te zijn. Als er mensen zijn die ook aan zulke leuke werkzaamheden in de regio willen deelnemen, dan kunnen ze zich aanmelden bij http://broeihopen.nl/.

ringsl-ei-02
English summary

Counting eggs of Grass snakes

The author was invited to take part in counting eggs of the Grass snake (Natrix helvetica) in the region of Amsterdam. In the Netherlands heaps of rotting plant material and horse dung are vital for the successful reproduction of Grass snakes. Volunteers take care of the construction of these heaps in the spring and count the number of eggs in the autumn to determine the reproductive success of that year.
The last years there is a decline of the number of eggs that are found in the region of Amsterdam. Until now it is not clear what causes this.