De nieuwe Natuurwet

natuurwet-background

Op 1 januari 2017 trad de nieuwe Wet natuurbescherming in werking. Hoewel de wet inmiddels bijna drie jaar oud is merken we toch dat er nog veel onduidelijkheid over bestaat. In dit artikel willen we deze onduidelijkheid wegnemen en het voor onze leden helder maken wat wel en wat niet is toegestaan sinds de invoering van deze wet. In dit artikel geven we uitleg over de gevolgen en uitwerking van de wet op basis van een artikel van de Salamander Vereniging (Peter Vliem) en een brief met uitleg van RVO die zij hadden ontvangen op hun vragen.
Hoewel het antwoord (en de vragen) over salamanders gaan, gelden deze ook voor alle andere inheemse reptielen en amfibieën.

1. Algemeen

De nieuwe Natuurwet vervangt drie wetten: de Natuurbeschermingswet 1998, de Flora- en faunawet en de Boswet.  Wat is hiervan de impact op de hobby en de bescherming van inheemse reptielen en amfibieën?

Wat verandert er in het kort?

Vanaf 1 januari staat alles in één wet. Wij zetten de belangrijkste veranderingen op een rij.
De nieuwe Wet natuurbescherming vervangt drie wetten:

  1. De Natuurbeschermingswet 1998 is voor de bescherming van (natuur)gebieden, waaronder Natura2000.
  2. De Flora- en faunawet regelt de bescherming van alle in het wild levende soorten.
  3. De Boswet gaat over het behoud van houtopstanden.

Aanspreekpunt

Het belangrijkste is dat het aanspreekpunt verandert. Waar u voorheen contact opnam met RVO, wordt dat nu de provincie. Soms moet u naar de gemeente (bij ontheffingen voor natuurgebieden en als het onderdeel uitmaakt van de omgevingsvergunning). Om hun bevoegdheid goed uit te kunnen voeren hebben de provincies verordeningen uitgewerkt.

Natuurgebieden

De huidige beschermde natuurmonumenten komen te vervallen. Voor overige beschermde (natuur)gebieden verandert er weinig. Natura2000 is en blijft een internationale aangelegenheid.

Flora en fauna

De zorgplicht blijft bestaan. U moet werkzaamheden die schade kunnen aanrichten aan in het wild levende dieren en hun directe leefomgeving nalaten, of maatregelen nemen om de gevolgen zoveel mogelijk te voorkomen.

200 soorten die nu beschermd zijn onder de Flora- en faunawet, zijn straks niet meer beschermd. Andere soorten die nu niet beschermd zijn, zijn juist vanaf 2017 wel beschermd. Welk soorten dat zijn, verschilt per provincie.

Het grote verschil tussen deze huidige wetgeving en de Flora en Fauna- wet, is dat de laatste sprak over het verbod van het houden in gevangenschap van inheemse diersoorten. De Wet Natuurbescherming spreekt hier niet over. Wel word nog steeds duidelijk gesproken over het vangen van inheemse diersoorten; dit is nog steeds streng verboden. In de nieuwe wet wordt wel gesproken over een grote groep dieren die niet gehouden mogen worden:

Artikel 3.6 

1. Het is verboden dieren of planten van soorten, genoemd in bijlage IV bij de Habitatrichtlijn, bijlage I of II bij het Verdrag van Bern of bijlage I bij het Verdrag van Bonn, onder zich te hebben voor verkoop, te vervoeren voor verkoop, te verhandelen, te ruilen of te koop of te ruil aan te bieden.
2. Het is verboden, anders dan voor verkoop, dieren of planten als bedoeld in het eerste lid onder zich te hebben of te vervoeren.

Echter, in het derde lid van artikel 3.6 wordt gesproken over de voorwaarden van het houden van desbetreffende soorten:

Artikel 3.6 

3. De verboden, bedoeld in het eerste en tweede lid, zijn niet van toepassing ingeval de in dat lid bedoelde dieren en planten aantoonbaar zijn gefokt of gekweekt.

Dit houdt in dat de soorten opgenomen in die lijsten gehouden mogen worden, mits je kan aantonen dat deze in gevangenschap geboren zijn (nakweek). Een overdrachtsverklaring is niet afdoende om dit aan te tonen, er moet een sluitende administratie worden bijgehouden.
In deze lijsten wordt er over veel in Nederland voorkomende soorten niet gesproken. 

De grondwet spreekt vrij duidelijk over zaken als deze:

Grondwet voor het Koninkrijk der Nederlanden
Hoofdstuk 1: Grondrechten
Artikel 16:
Geen feit is strafbaar dan uit kracht van een daaraan voorafgegane wettelijke strafbepaling

In eenvoudig Nederlands betekent dit:
De overheid kan een burger niet straffen voor zaken die niet in de wet als strafbaar zijn bepaald.

Ondanks dat blijft het iets wat onduidelijk is en zekerheid in zaken als deze is bijzonder prettig. Dit was de reden dat de Salamandervereniging contact had met het RVO. Voordat zij er vanuit konden gaan dat zij deze wet goed hadden gelezen wilden ze bevestiging daarvan. Deze bevestiging heeft lang op zich laten wachten, maar in de laatste week van december 2016 kwam deze dan toch. Zie hieronder de reactie van RVO.

Onder voorwaarden toegestaan

Vanaf 1 januari mag de inheemse salamander worden gehouden. Wel moet u rekening houden met andere geldende regelgeving omtrent handel en voorwaarden omtrent het houden van dieren, waaronder het bijhouden van een administratie.

De kamsalamander staat in bijlage 2 van het verdrag van Bern, bijlage 2 en 4 van de Habitatrichtlijn.
In de Wet natuurbescherming (Wnb) dat het verboden is dieren of planten van soorten, genoemd in bijlage IV bij de Habitatrichtlijn, bijlage I of II bij het Verdrag van Bern of bijlage I bij het Verdrag van Bonn, onder zich te hebben voor verkoop, te vervoeren voor verkoop, te verhandelen, te ruilen of te koop of te ruil aan te bieden. En het is verboden, anders dan voor verkoop, dieren of planten als bedoeld in het eerste lid onder zich te hebben of te vervoeren.
Ook staat in deze wet dat de verboden niet van toepassing zijn als de in de bijlagen genoemde dieren en planten aantoonbaar zijn gefokt of gekweekt.
Het verbod op het opzettelijk doden of vangen van in het wild levende dieren van de soorten alpenwatersalamander, kleine watersalamander, de vinpootsalamander en de vuursalamander staat eveneens aangegeven in artikel 3.10 van de Wnb. Uit het wild afkomstige levende dieren van deze soorten mogen dus sowieso niet onder zich gehouden worden omdat ze niet gevangen mogen worden (hiervoor kan wel ontheffing worden aangevraagd waarbij sprake moet zijn van een specifiek belang zoals onderwijs). Vrijstelling voor het onder zich houden van een uit het wild afkomstig dier is enkel in geval van het vervoeren van een ziek of gewond dier met een dierenambulance en wordt overgedragen aan een daartoe gerechtigde instantie voor opvang en verzorging.
Inheemse salamanders mogen in principe dus onder zich gehouden worden. Let wel; deze uitleg zegt niets over uitheemse soorten, de (internationale) handel in deze soorten of de regelgeving omtrent het (thuis) houden van deze dieren. Daarvoor gelden de regels omtrent CITES of de wet Dieren. Wel staan in de Wnb de regels omtrent het bijhouden van een administratie, zie artikel 3.27 van het besluit natuurbescherming.

Artikel 3.10

1          Onverminderd artikel 3.5, eerste, vierde en vijfde lid, is het verboden:

  1. in het wild levende zoogdieren, amfibieën, reptielen, vissen, dagvlinders, libellen en kevers van de    soorten, genoemd in de bijlage, onderdeel A, bij deze wet, opzettelijk te doden of te vangen;
  2. de vaste voortplantingsplaatsen of rustplaatsen van dieren als bedoeld in onderdeel a opzettelijk te beschadigen of te vernielen, of
  3.  vaatplanten van de soorten, genoemd in de bijlage, onderdeel B, bij deze wet, in hun natuurlijke verspreidingsgebied opzettelijk te plukken en te verzamelen, af te snijden, te ontwortelen of te vernielen.
Artikel 3.27
  1. Degene die een levend gefokt dier of een levende gekweekte plant onder zich heeft, houdt een administratie bij met betrekking tot dat dier of die plant, indien het dier of de plant behoort tot:
    1. de soorten genoemd in bijlage IV bij de Habitatrichtlijn, bijlage II bij het Verdrag van Bern of bijlage I bij het Verdrag van Bonn;
    1. de soorten, genoemd in bijlage A bij verordening n 338/97, met uitzondering van de in bijlage VIII bij verordening nr. 865/2006 genoemde diersoorten en de hybriden daarvan;
    1. de diersoorten, genoemd in bijlage B bij verordening nr. 338/97, met uitzondering van:
      1. gefokte vogels, die van een gesloten pootring zijn voorzien, en
      1. de soorten, genoemd in bijlage 2 bij dit besluit, of
    1. de kunstmatig gekweekte hybriden van niet van een annotatie voorziene soorten genoemd in bijlage A bij verordening n 338/97, voor zover voor die soorten een fytosanitair certificaat als bedoeld in artikel 17 van verordening nr. 865/2006 is afgegeven.
  2. Bij ministeriële regeling worden regels gesteld over de administratie, bedoeld in het eerste lid. Deze regels kunnen onder meer betrekking hebben op:
    1. de gegevens die worden geadministreerd;
    1. de wijze waarop de administratie wordt bijgehouden, en c. de bewaartermijn van de administratie
  3. Degene die een administratie als bedoeld in het eerste lid bijhoudt, verschaft desgevraagd inzage in die administratie aan in en op grond van artikel 7.1 van de wet aangewezen ambtenaren.

2A. Beschermingsregime soorten Habitatrichtlijn (Niet-vogels)

SoortgroepNederlandse naamWetenschappelijke naamBescherming
Reptielendikkopschildpad  Caretta carettaBern II, Bon I, HR IV
Reptielenkemp’s zeeschildpad Lepidochelys kempii Bern II, Bon I, HR IV
Reptielenlederschildpad  Dermochelys coriacea Bern II, Bon I, HR IV
Reptielensoepschildpad Chelonia mydasBern II, Bon I, HR IV
Reptielengladde slang Coronella austriaca. austriacaBern II, HR IV
Reptielenmuurhagedis  Podarcis muralis. brongniardiiBern II, HR IV
Reptielenzandhagedis  Lacerta agilis agilisBern II, HR IV
Amfibiëenboomkikker  Hyla arborea arboreaBern II, HR IV
Amfibiëengeelbuikvuurpad  Bombina variegata variegataBern II, HR IV
Amfibiëenheikikker  Rana arvalis arvalisBern II, HR IV
Amfibiëenkamsalamander  Triturus cristatusBern II, HR IV
Amfibiëenknoflookpad  Pelobates fuscus fuscusBern II, HR IV
Amfibiëenrugstreeppad  Bufo calamitaBern II, HR IV
Amfibiëenvroedmeesterpad  Alytes obstetricans obstetricansBern II, HR IV
Amfibiëenpoelkikker Pelophylax lessonaeHR IV

3. Beschermingsregime andere soorten

SoortgroepNederlandse naamWetenschappelijke naamBescherming
Reptielenadder  Vipera berus berusAndere soorten (bijlage A van de wet)
Reptielenhazelworm  Anguis fragilisAndere soorten (bijlage A van de wet)
Reptielenlevendbarende hagedis Zootoca viviparaAndere soorten (bijlage A van de wet)
Reptielenringslang  Natrix natrixAndere soorten (bijlage A van de wet)
Amfibiëenalpenwatersalamander Ichthyosaura alpestrisAndere soorten (bijlage A van de wet)
Amfibiëenbruine kikker  Rana temporariaAndere soorten (bijlage A van de wet)
Amfibiëengewone pad  Bufo bufoAndere soorten (bijlage A van de wet)
Amfibiëenkleine watersalamander Lissotriton vulgarisAndere soorten (bijlage A van de wet)
Amfibiëenmeerkikker  Pelophylax ridibundusAndere soorten (bijlage A van de wet)
Amfibiëenmiddelste groene kikker/bastaard kikker  Pelophylax kl. esculentusAndere soorten (bijlage A van de wet)
Amfibiëenvinpootsalamander Lissotriton helveticusAndere soorten (bijlage A van de wet)
Amfibiëenvuursalamander  Salamandra salamandraAndere soorten (bijlage A van de wet)

Wat betekent dit voor u als  hobbyist?

Alle inheemse reptielen en amfibieën mogen sinds de invoering van de nieuwe natuurwet worden gehouden, als er wordt voldaan aan de volgende voorwaarden.
Het dier moet een legale nakomeling zijn van in gevangenschap gehouden dieren, m.a.w. het moet legale nakweek zijn (in gevangenschap geboren uit in gevangenschap gehouden ouder dieren). En de eigenaar moet een sluitende administratie bijhouden van dit dier om dit aan te kunnen tonen.
Het is nog steeds nadrukkelijk verboden om inheemse reptielen en amfibieën te vangen en te verstoren of te doden.   Een probleem hierbij, dat ook door verschillende natuurorganisaties wordt aangegeven, is dat het erg gemakkelijk is om wildvang dieren van papieren te voorzien, de controle wordt lastig. Wij roepen onze leden hierbij op om geen misbruik van deze situatie te maken en er voor te zorgen dat ze zeker zijn van de legale status van hun aankoop.
Omdat het in Duitsland (en andere Europese landen) al jaren was toegestaan om deze dieren te houden en te kweken is het verkrijgen van legale nakweek geen grote opgave.